16 mei 2015 – 11.00 uur: Mijn lijf en ik hebben seks en liefde nodig

Ik maak me zorgen. Het is te lang geleden dat ik gesekst hebt. Écht gesekst. Dat is niet goed, ik voel het aan mijn lijf. Het gekke is, dat vuurtje dat ik veel te vaak voel zonder dat er gehoor aan wordt gegeven, of nou ja in ieder geval niet op de manier zoals ik dat echt zou willen, was in de voorlaatste fase van mijn samenzijn met De Ex zo goed als non-existent.

Een van de redenen voor hem om het buiten de deur te zoeken. Wat bij mij tot de reactie leidde dat het -jaloerse- vuur in alle hevigheid oplaaide om vervolgens toen bleek dat die strijd gemakkelijk gewonnen was, weer zachtjes uit te doven.

Ik ben altijd vrij braaf geweest, vanuit een soort schijterigheid maar ook zeker en dat wil ik ook niet ontkennen, vanuit een soort moraal, die er bij mij ingestampt was op een of andere manier. Er zat een blokkade tussen hoofd en lijf die, toen ik een intensief zelfontwikkelings-traject heb gevolgd waarbij lichaamswerk de hoofdmoot was, langzaam maar zeker oploste.

Vorig jaar besloot ik daarom maar eens wat “wilder” te gaan worden op het seks-vlak, mezelf meer los te laten. Omdat ik zeker wist dat dit ook z’n weerslag zou hebben op mijn algehele staat van zijn.

Dus heb ik een keer een heuse hotelsex-date gehad. We kenden elkaar van de app, dat was zo  leuk dat ik dacht: ‘Ach let’s do it!’. Gewoon overdag, in zo’n Ibis-geval ergens. Drie uur lang dikke fysieke pret. Vooral het start-moment was hilarisch; want wanneer gaat de small talk nou over in datgene waarvoor je gekomen bent? Bij ons terwijl we wat schutterig bij de lift stonden, op weg naar de geboekte kamer. Wat een binnenpret had ik. Nooit gedacht mezelf in zo’n situatie terug te vinden. En de man in kwestie was nog echt heel leuk ook. Helaas teveel ingewikkeldheden op privévlak dus geen relatiekansen. Maar dat hoeft ook niet altijd. Vind ik dus nu. En dit is inderdaad in het algemeen behoorlijk bevrijdend geweest.

Ook heb ik een paar maal van alles met iemand gedaan gewoon omdat ik er op dat moment zin in had en niet omdat ik diegenen nou persé zo leuk vond. God nee zeg, ik hoop dat ik ze nooit meer tegenkom zelfs…

Hoe het ook zij, uiteindelijk ben ik er achtergekomen dat voor mij wel belangrijk is dat ik íets van het goede romantische gevoel voor iemand heb, anders vind ik er eigenlijk niet veel aan. En blijft er achteraf vooral een gevoel van (fysieke maar ook mentale) armoe achter.

Zo was er laatst nog een date. Ja, ik had maar weer eens een date omdat ik wilde ervaren hoe ik een ander zou kunnen vinden nu ik De Vriend heb laten weten dat ik niet klaar ben voor de all or nothing. Deze man was op papier helemaal mijn type: vlot, knap, slim, boyish mannelijk, enthousiast, lichtjes arrogant, sportief, muzikaal…

Het gesprek ging over in zoenen. Eerlijk is eerlijk, dat kwam vooral van hem uit, ik was eigenlijk nog in het gesprek. Wat vooral over hem ging maar er was nog genoeg wat ik niet wist dus dat kon nog wel even.

Anyways, het zoenen; het voelde wel okay, zijn mond maar tegelijkertijd gebeurde er niets bij mij. Ik merkte dat ik vooral bezig was te bedenken wat ik ervan vond. Maar we gingen wel door. Op zo’n vlakke manier die maar niet overgaat in het prettige want smeuiige werk. Dus in het hoofd, niet in het lijf: “Waarom ga ik door? Vind ik dit nou fijn? Wat wil ik hier mee? Ik weet nu al dat meer dan zoenen zéker niet hoeft van mij. etc…”.

Toen voelde ik me moe worden. Doodmoe. Zo moe dat ik het niet op kon brengen om te stoppen en te zeggen wat ik eigenlijk wilde zeggen. Namelijk: “Weet je, je bent leuk, en knap en je kunt goed over jezelf praten en je zoent normaal gesproken vast heerlijk maar ik vind er eigenlijk geen klap aan…”

Nee, wat gebeurt er; híj gaat ineens rechtop zitten en zegt: “Ik denk dat ik maar eens naar huis ga….”. Terwijl hij het zei keek ik hem aan en dacht: hij voelt zich net als ik, geloof ik. Maar tóch, ja zeg, háa-lloo …? Toen hij weg was heb ik zitten grinniken en ben in diepe slaap gestort. Alleen overall beklijft een armoedig gevoel over die avond. En ik heb besloten dat ik dát dus nooit meer wil.

En nu, mijn lijf vertelt me dat het – mits op de goede manier- wél wil. Ik mis geloof ik De Vriend. Zou dat het zijn?

16 mei 2015 – 11.00 uur: Mijn lijf en ik hebben seks en liefde nodig